Locatie: Trier, deelstaat Rijnland-Palts, Duitsland.
Functie: manschappenkamp met de functie van Schattenlager.
Datum ingebruikname: 17 februari 1941.
Nationaliteiten: B, YU, GB, F, SU, PL, NL, I, VS.
Aantal Nederlandse gevangenen: ongeveer 150.
Datum bevrijding: 1 maart 1945 door Amerikaanse troepen.
Het Stalag XII-d Trier lag op de Petrisberg ten oosten van de stad Trier. Na de bezetting van het Rijnland in 1936 nam de Wehrmacht het terrein in gebruik. In 1938 werd er de Kemmelkazerne gebouwd. Direct na de inval in mei 1940 kreeg ze een herbestemming als Stalag. Het complex bestond uit twee delen: het noordoostelijke en oudste deel rond de kazerne, dat als administratief centrum diende, en het terrein op de rug van de Petrisberg waar de krijgsgevangenen huisden. Vanaf 1940 waren er hoofdzakelijk Franse krijgsgevangenen ondergebracht.
Ook dit Stalag fungeerde als Schattenlager. Het stuurde de Arbeitskommandos Stegskopf en Hohe Grete aan. De Nederlanders die in deze Arbeitskommandos terechtkwamen, gingen er echter rechtstreeks heen zonder Stalag XII-d Trier aan te doen. De eerste Nederlandse krijgsgevangenen in het kamp waren zestig werkweigerende onderofficieren die op 29 juni 1943 vanuit het Arbeitskommando Stegskopf arriveerden. Het is niet bekend of er ook werkweigerende onderofficieren vanuit Hohegrete naar het Stalag XII-d zijn gezonden, maar dat is wel waarschijnlijk.
Tegenwoordig is nog maar weinig terug te vinden van het krijgsgevangenkamp. In de afgelopen jaren is een groot deel van de voormalige kazerne verbouwd tot kantoren en woningen of gesloopt.